(advertentie)
(advertentie)
(advertentie)

Pak er maar een pen en papier bij want we gaan weer verder met onze CaNNaBiS kweekcursus. Dit vijfde deel gaat over de locatie van wietplanten, want je zult toch een goed stekkie moeten vinden om je zaadjes te planten. Wiet groeit zowat overal maar de beste locatie is niet voor iedereen hetzelfde. 

Net als vorige week herhalen we nog even waar we het tot nu toe over gehad hebben. Klik op de links als je iets gemist hebt en nog eens terug wil lezen. We zijn deze kweekcursus begonnen met een les over de genetica. Daarna hebben we het over het geslacht van wietplanten gehad, en vervolgens het medium ofwel de bodem besproken. Vorige week hebben we tenslotte de cyclus behandeld.

Kweeklocaties buiten

Wiet die buiten is gekweekt wordt soms minder potent gevonden, maar is volgens velen superieur qua smaak, en zeker als de zon zich in de bloeifase goed laat zien. Bovendien kunnen buiten heel grote oogsten per plant gehaald worden. Wietplanten die met hun wortels in de ‘volle grond’ staan worden vaak enorm groot omdat ze niet belemmerd worden door het formaat van een plantenpot. Buitenwietplanten kunnen daardoor soms wel tot 3 meter hoog worden, en meer dan een kilo wiet opleveren!

Het is voor wietplanten die in Nederland buiten staan, echter wel belangrijk dat ze bij de juiste omstandigheden kunnen afbloeien. Het najaar is de periode waarin buitenwietplanten bloeien maar dat is in Nederland ook vaak een periode waarin veel regen valt en het weer vaak te wensen over laat. Veel buitenkwekers kiezen er dan ook voor om buiten autoflower wietplanten te kweken.

Let buiten op met wind en regen!

Wind en regen kunnen bij wietplanten enorme schade aanrichten. Wind met name, kan kristallen beschadigen en takken breken. Regen, en dan met name najaarsbuien die wietplanten in de late bloeifase plagen, kunnen voor schimmels en toprot zorgen, waardoor toppen razendsnel verloren kunnen gaan. Hou je toppen daarom droog en dek je planten in het najaar af tijdens natte dagen. Een briesje helpt om toppen droog te blazen.

PENTACON DIGITAL CAMERA

Balkons zijn soms uitstekende kweeklocaties.

Als je het zo leest zou je bijna niet meer aan buitenwiet kweken willen beginnen. Maar hoewel er zeker nadelen kleven aan buitenwiet kweken, heeft het ook zo zijn voordelen dat buiten spelen. Voor niets gaat letterlijk de zon op en die is krachtiger dan een kweeklamp binnen. Zelfs op bewolkte dagen!
Verder kun je buiten, in de volle grond veel grotere wietplanten kweken dan binnen. Een buitenplant kan enorm veel wiet opleveren. Wanneer je je wietplanten halverwege de zomer dagelijks verduistert, ben je het herfstweer te slim af en kun je hele sterke buitenwiet oogsten.

Waar buiten?

Kies buiten een plek die afgeschermd is voor ongenode gasten, maar waar je wietplant toch zo veel mogelijk zonlicht opvangt. Je moet ook een bron van water in de buurt hebben want een grote wietplant kan op een zonnige dag vele liters water nodig hebben. Houd daar rekening mee als je wiet in de vrije natuur gaat kweken. Verder wil je met het oog op toprot wellicht een plek die af te dekken is voor regenwater. Een beetje wind droogt je toppen en doet je planten goed, maar een storm kan buitenwiet flink beschadigen.

Kweeklocaties binnen

Binnen kweek je een wietplant op een heel andere manier dan buiten. Je moet wietplanten binnen namelijk zelf van al hun behoeften voorzien. Ook kun je binnen beter de geur bestrijden, als je tenminste geen overlast wil veroorzaken (met alle gevolgen van dien). Dat betekent dat je verse lucht moet kunnen aanvoeren en gebruikte lucht moet kunnen afvoeren, met behulp van afzuigers en slangen. Ook kan het, door het gebruik van de kweeklamp (de kunstmatige nabootsing van de zon) soms te heet worden in je kweekruimte. Houd hier rekening mee bij het kiezen van een kweeklocatie binnen.

Kweekkast

De meest gebruikte kweeklocaties in huis zijn nog altijd de zolder en de kelder, maar een moderne kweekkast of -tent kun je ook prima in een extra slaapkamer gebruiken. De kweekkast heeft een eigen luchtaanvoer en -afvoer, maar zorg er dan wel voor de ruimte waarin je kweekkast staat goed geventileerd is. Een open raam op een kier is meestal voldoende voor een persoonlijke kweek voor eigen gebruik.

Zolder en kelder

De kelder en de zolder hebben beide voor- en nadelen als kweekruimte. In de kelder blijft de temperatuur vaak lekker stabiel, maar vocht kan er voor problemen zorgen. Ook is het in kelders vaak te koud, en moet je wellicht eerst een radiator of verwarming plaatsen. De zolder kan zomers veel te heet worden en ’s winters te koud zodat je wellicht ook hier een kachel of isolatie voor je kweekruimte moet regelen. Nog een nadeel van een kweekruimte op zolder, is dat de warmte daarvan sneeuw van je dak kan laten smelten in de winter. Let hierop, want dat doen de agenten in jouw buurt ook!

2006_01_25_Budding

Zolders kunnen ook mooie kweekruimtes worden, maar je moet ze goed isoleren!

Wietplanten die binnen in potten staan dien je regelmatig, zo niet dagelijks te inspecteren op ongedierte. Beestjes kunnen via ingekochte stekken, je huisdieren, de lucht of je kleding de kweekruimte binnen komen. En zonder de natuurlijke vijanden die ze buiten hebben, kunnen zulke nare beesten zich ongestoord op je planten uitleven, en tot een plaag uitgroeien.

Kies binnen een plek waar je verse lucht kunt aan- en afvoeren, of die in het geval van een kweekkast voor eigen gebruik goed geventileerd kan worden. Ook dient je kweeklocatie hog genoeg te zijn voor je wietplanten, al kun je die met kweektechnieken zoals scroggen vrij klein (laag) houden. Een kant-en-klare kweektent of kast is voor de meeste cannabisliefhebbers (en medicinaal gebruikers) ideaal, omdat je dan niet hoeft te timmeren in je huis.

[Openingsbeeld: RobDun, Shutterstock]
(advertentie)